‘Zie energietransitie als kans om bedrijf toekomstbestendig te maken’

Sustainability
Commissaris moet helpen bij vertaling naar nieuwe businessmodellen

‘De energietransitie gaat gepaard met bloed, zweet en tranen, laten we er samen de schouders onder zetten.’ Robert Claasen, vennoot van Custom Management Interim Directeuren enexecutive director ad interim van bedrijvencluster Chemelot, schetst hoe bestuurders en commissarissen de omslag naar duurzame energie kunnen realiseren.

Energietransitie

Is de energietransitie nog ver weg? Niet als we naar het regeerakkoord kijken. Daarin staat dat Nederland in 2030 de CO2-uitstoot met 49% moet hebben gereduceerd en in 2050 zelfs met 95%. Fossiele brandstoffen moeten dan bijna geheel zijn vervangen door duurzame energiebronnen als zon, wind waterstof en biomassa. Nederland heeft inmiddels ook een minister voor Economische Zaken en Klimaat. Het politieke momentum kan leiden tot het versneld doorvoeren van maatregelen die de energietransitie moeten bespoedigen, zoals de invoering van CO2-belasting.

Open innovatie

Wat betekent dat voor het bedrijfsleven en welke vragen moeten bestuurders en commissarissen zichzelf stellen bij de omslag naar duurzame energie? We vroegen het aan Robert Claasen, vennoot van Custom Management en executive director ad interim van bedrijvencluster Chemelot, de Limburgse community van ruim 100 bedrijven (groot én klein), onderwijs- en onderzoeksorganisaties in chemie en materialen. De uitgangspunten van Chemelot: open innovatie door het onderling delen van kennis en vaardigheden en het uitwisselen van ideeën.

Voor welke uitdaging staan bedrijven als het gaat om de energietransitie?

‘Volgens het regeerakkoord moet de CO2-uitstoot al in 2030 met bijna de helft zijn teruggebracht. Dat lijkt misschien nog ver weg, maar het is “om de hoek” als je kijkt wat er allemaal moet gebeuren om die doelstelling te halen. In 2050 moeten maatschappij en bedrijfsleven bijna geheel zijn overgegaan op duurzame energie. Die energietransitie betekent een nieuwe industriële revolutie. Iedereen heeft het over de digitale revolutie, maar de impact van de energietransitie is minstens zo groot. Niet alleen in technologische zin, ook de traditionele manier van ondernemen zal ingrijpend veranderen.’

Wat betekent dat concreet voor bedrijven?

‘Bedrijven moeten gaan nadenken en zich echt gaan voorbereiden op de omslag naar duurzame energie die ze moeten gaan maken. Dat begint met bewustwording van de noodzaak en urgentie van de energietransitie. Chemelot bijvoorbeeld is verantwoordelijk voor 13 procent van het energieverbruik van de Nederlandse industrie en daarmee voor 13 procent van de CO2-uitstoot van die industrie. We draaien nog volledig op fossiele energie. Voor veel bedrijven geldt hetzelfde. Om de omslag naar duurzame energie te maken, moeten we niet alleen nieuwe technologische oplossingen ontwikkelen, maar ook intensiever met elkaar en de overheid moeten samenwerken. De uitdaging is zo groot dat we die alleen maar samen kunnen aangaan. Dat geldt niet alleen voor chemische bedrijven en zelfs niet alleen voor de maakindustrie: alle bedrijven zullen erdoor geraakt worden, ook dienstverleners. Het dilemma daarbij: Nederlandse bedrijven moeten aan de ene kant verduurzamen, maar aan de andere kant ook concurrerend blijven ten opzichte van de rest van de wereld.’

Welke technologische problemen moeten er overwonnen worden voor de energietransitie?

‘We hebben veel meer windenergie nodig. Waar moeten al die windmolens komen? Op zee? Hoe krijgen we die windenergie vervolgens bij de gebruiker? Welke nieuwe infrastructuur moeten we daarvoor aanleggen? En wat doen we met overschotten aan groene stroom? Bij Chemelot maken we momenteel ammoniak uit aardgas. In de toekomst gaan we wellicht ammoniak maken uit wind- en zonne-energie. Als er meer zonne- en windenergie wordt geproduceerd dan verbruikt, kun je die elektriciteit inzetten om stikstof aan waterstof te binden tot vloeibare ammoniak. In tegenstelling tot elektriciteit kan ammoniak in tanks worden opgeslagen. Bij een tekort aan groene stroom kan de opgeslagen ammoniak worden omgezet in elektriciteit. Daarbij komt alleen stikstof en waterdamp vrij en geen CO2 (zoals bij de verbranding van aardgas). En als er geen tekort is, kan de ammoniak gewoon als grondstof worden gebruikt. We zijn echter nog lang niet zo ver om die technologie al grootschalig te kunnen toepassen.’

Hoe kunnen bedrijven zich voorbereiden op de energietransitie? Welke vragen moeten bestuurders en commissarissen zichzelf stellen?

‘Allereerst: hoe financieel robuust zijn we? Zo zal de aangekondigde CO2-belasting moeten worden opgebracht en het resultaat beïnvloeden. Bovendien moeten bedrijven investeren in innovatie om hun processen te verduurzamen. De tweede vraag die bestuurders en commissarissen zichzelf dan ook moeten stellen is: hoe toekomstbestendig zijn we als organisatie en hoe kunnen we strategisch inspelen op de ontwikkelingen? De energietransitie biedt namelijk ook kansen: het ontwikkelen van nieuwe technologie en de opkomst van de circulaire economie, waarin afval kan worden gerecycled tot grondstof, bieden allerlei mogelijkheden voor nieuwe businessmodellen.’

Kun je daarvan een voorbeeld noemen?

‘Bij Chemelot zijn we bezig om veertig procent van de verlichting te vervangen door intelligente LED-verlichting die ’s nachts alleen aangaat als het nodig is. Daarvoor hebben we geen nieuwe lampen gekocht, maar het project uitbesteed aan een partij die de omslag naar duurzame verlichting en alle diensten daaromheen regelt: “licht als service”. Dat is nou een voorbeeld van zo’n innovatief businessmodel. Voor veel van de individuele bedrijven op Chemelot zou de investering niet interessant genoeg zijn, daarom doen we het met alle bedrijven samen. Een ander mooi voorbeeld van branche-overstijgende samenwerking is ‘Het groene net’: een project waarin restwarmte van de industrie wordt omgezet in stadsverwarming. Een derde vraag die bestuurders en commissarissen zichzelf dan ook moeten stellen is: met wie kunnen we samenwerken in de energietransitie en waar vind ik die partijen?’

Hoe lastig is het om de verschillende belangen van bedrijven te borgen in die hybride samenwerkingsverbanden?

‘Je moet goede afspraken met elkaar maken over de governance. De verdeling van de risico’s en de opbrengsten zijn daarbij belangrijke kwesties. Je moet ook afspraken maken over de mate van open innovatie en kennis delen: je kunt samen ideeën tot ontwikkeling brengen of bestaande innovaties opschalen, maar je wilt ook concurrerend blijven met je kerncompetenties. Je deelt dan bijvoorbeeld informatie, maar niet de achterliggende processen. Daar moet je binnen het samenwerkingsverband goede afspraken over maken om problemen achteraf te voorkomen.’

Zijn bedrijven voldoende opgewassen tegen een uitdaging als de energietransitie?

‘Veel bedrijven zijn lean & mean en hebben de afgelopen jaren goed op de kosten gelet. Maar de energietransitie is een proces van lange adem, dat heb je niet in een paar jaar voor elkaar. Bovendien moet geopereerd worden tegen de achtergrond van langdurige onzekerheid, zowel financieel en technologisch als op het gebied van overheidsbeleid: onduidelijk is immers nog waar je als bedrijf de komende jaren op afgerekend wordt. Je zult dus scenario’s moeten neerleggen voor de vervanging van fossiele brandstoffen door bijvoorbeeld biomassa, de elektrificatie van processen, recycling, wind- en zonne-energie, CO2-opslag, et cetera. Denk daarbij terug vanuit 2030 en 2050: als we de neergelegde ambities willen realiseren, wat betekent dat dan voor ons als bedrijf? Zie de energietransitie daarbij niet als een bedreiging, maar als een kans om het bedrijf toekomstbestendig te maken: welke strategische rol kun je spelen in de transitie, heb je daarvoor de juiste kennis en competenties in eigen huis en hoe kun je die aanvullen door uitwisseling in ecosystemen en profiteren van complementaire samenwerking op het gebied van onderzoek en ontwikkeling en het gebruik van mensen en middelen? De energietransitie gaat gepaard met bloed, zweet en tranen, laten we er samen de schouders onder zetten.’

Dit interview verscheen eerder in CM Nieuws, de nieuwsbrief van Custom Management Interim Directeuren. Klik hier om de meest recente editie van CM Nieuws te lezen.

Klik hier voor contact met Robert Claasen.