Ook versobering beloning commissarissen
Hugo Reumkens van Van Doorne analyseert de coronacrisis en concludeert: ‘Tegen een brede coalitie van belanghebbenden kan zelfs een zelfzuchtige CEO of koppige aandeelhouder niet op. Nederland is door de COVID-19 crisis bij uitstek geschikt om succesvol het nieuwe Rijnlandse model te omarmen en in te zetten als accelerator van het economisch herstel. Wij zijn immers klein genoeg om alle partijen aan tafel te krijgen, en slim genoeg om iets nieuws te bedenken.’
Tijdens de uitbraakfase van de COVID-19 crisis ging het in hoofdzaak over de slachtoffers, het menselijk leed, de tekorten aan IC-bedden, tekorten aan testcapaciteit en tekorten aan mondkapjes. In de fase die nu aanbreekt, richt de aandacht zich op het geleidelijk versoepelen van de intelligente lockdown, maar tevens op de economische gevolgen van de COVID-19 uitbraak. En dus ook op de steun die de overheid kan leveren om de economische terugval te dempen en de voorwaarden die daaraan moeten worden verbonden.
Echo klinkt lang na
De media en politiek zijn prominent in het debat aanwezig. SP-leider Lilian Marijnissen uitte haar verontwaardiging al over Booking.com, dat ‘miljarden heeft overgemaakt aan de aandeelhouders, maar nu wel de hand ophoudt bij de overheid’. Financiële steun mag niet gebruikt worden om ‘straks weer feest te vieren’, zei PvdA-leider Lodewijk Asscher. VVD-fractievoorzitter Klaas Dijkhoff beaamde desgevraagd dat er voorwaarden kunnen worden gesteld in ruil voor staatssteun, ‘in het kader van wederkerigheid’. Maar wat betekent dit voor de middellange termijn? Vast staat dat het omvangrijke steunpakket aan ondernemingen die getroffen zijn door de coronacrisis belangrijke voorwaarden bevat waarvan de echo nog lang zal naklinken in de Nederlandse boardrooms. Denk aan strenge voorwaarden ten aanzien van het dividendbeleid, arbeidsvoorwaarden, bonuscultuur en verduurzaming. Inmiddels heeft minister Koolmees (SZW) op 22 april 2020 besloten dat ondernemingen die een beroep hebben gedaan op de steunfaciliteiten van de overheid geen bonussen en dividenden mogen uitkeren en geen eigen aandelen mogen inkopen. Ook wordt in het geval van KLM gedacht aan het schrappen van nutteloze vakantiebestemmingen en het terugdringen van nachtvluchten en CO2-uitstoot.
Soberheid
Onder druk wordt alles vloeibaar. Een groot aantal Nederlandse beursvennootschappen heeft inmiddels besloten om - in elk geval voor zolang de coronacrisis duurt - het vaste salaris van hun bestuurders te matigen. Soms betreft het verlagingen van tussen de 10% en 50%. Daarnaast zijn er beursvennootschappen die besloten hebben om voorgenomen salarisstijgingen niet door te voeren. Sommige ondernemingen hebben ook al besloten om over 2020 geen bonussen aan hun bestuurders toe te kennen. Deze maatregelen komen bovenop de maatregelen die al in maart 2020 zijn genomen om de liquiditeitspositie zoveel mogelijk op peil te houden, het schrappen van dividenduitkeringen en het schorsen van aandeleninkoopprogramma’s.
Ook commissarissen leveren in
Een crisis werkt vaak als een accelerator. ‘Was het de CEO, de CIO, de COO of COVID-19 die u heeft aangezet om naar een digitale oplossing te zoeken voor continuïteitsdoeleinden?’ Eenzelfde effect heeft COVID-19 mogelijk op het terugdringen van de Angelsaksische bonuscultuur. Terwijl experts er al jarenlang op wijzen dat het systeem van prestatieafhankelijke beloning zijn werk niet doet, zet de crisis het mes stevig in de overmaat aan exorbitante vergoedingen voor topbestuurders. Sommige ondernemingen hebben zelfs besloten om ook de beloning van commissarissen te versoberen. Zo betalen Westfield-Unibail-Rodamco en Signify op dit moment 20-25% minder uit aan hun commissarissen. ForFarmers en Neways hebben hun voorstellen tot verhoging van de commissarissenbeloningen (van tussen 4,7% tot maar liefst 50%) geschrapt. Wereldhave heeft als bezuinigingsactie besloten om de omvang van de Raad van Commissarissen in te krimpen van vier naar drie personen.
Betere balans nodig
De meeste bestuurders en toezichthouders zijn zich bewust van de impact van de COVID-19 crisis en zullen beseffen dat de gevolgen hiervan niet snel voorbij zullen gaan. Ondernemers en bedrijven zullen daarom langer overheidssteun nodig hebben om de stevige klappen op te vangen. In het parlement is inmiddels al geopperd dat er een betere balans moet komen waarbij ondernemingen die in slechte tijden worden geholpen in goede tijden juist een grotere bijdrage gaan leveren, bijvoorbeeld door te kijken naar belastingconstructies. VNO-NCW waarschuwde echter tegen ‘allerlei oneigenlijke toeters en bellen’ als voorwaarden voor nieuwe steun. ‘Veel extra eisen zijn juridisch lastig en zorgen snel voor uitvoeringsproblemen. Daar is nu simpelweg de tijd niet voor omdat we eerst de brand moeten blussen met elkaar.’ Daarmee is de discussie echter geenszins van tafel.
Huidige tijdsgewricht
Een groeiend aantal ondernemingen, sectoren en belangenorganisaties dringt aan op ruimere steunmaatregelen. Dat het steunpakket per 1 juni 2020 wordt verlengd is inmiddels toegezegd. Maar het Kabinet heeft ook bevestigd dat als de overheidssteun voor het bedrijfsleven na 1 juni 2020 wordt verlengd, het ‘voor de hand’ ligt om daaraan nadere voorwaarden te verbinden. CDA-minister Hoekstra vindt bijvoorbeeld dat van ondernemingen die gebruik maken van noodmaatregelen iets mag worden verwacht in de vorm van verantwoord gedrag. Een bonus uitkeren aan de bedrijfstop, zoals bij KLM even het voornemen was, past volgens de minister niet ‘in het huidige tijdsgewricht’.
Rekenschap aan maatschappij
Dat betekent eens te meer dat bestuurders en commissarissen rekenschap moeten geven aan de maatschappij. En naarmate de 1,5 meter economie vorm gaat krijgen, zullen topbestuurders in de publieke en de private sector het goede voorbeeld moeten geven. Dat betekent een stap vooruit in het belang van het behoud van het ecosysteem rondom de onderneming of instelling, zodat de belangen van alle betrokkenen worden meegenomen en in balans blijven. Om het economisch herstel te versnellen is brede steun van alle belanghebbenden essentieel. COVID-19 zal dus niet alleen leiden tot een wedergeboorte van het Rijnlandse model, maar ook van het beloningsmodel dat hierbij past. Mijn leermeester Jaap Glasz noemde dat de ‘verkeersopvatting’. Met andere woorden: ‘zo doen wij dat hier’. Tegen een brede coalitie van belanghebbenden kan zelfs een zelfzuchtige CEO of koppige aandeelhouder niet op. Nederland is door de COVID-19 crisis bij uitstek geschikt om succesvol het nieuwe Rijnlandse model te omarmen en in te zetten als accelerator van het economisch herstel. Wij zijn immers klein genoeg om alle partijen aan tafel te krijgen, maar bovendien slim genoeg om iets nieuws te bedenken.