‘We gaan geen dertig jaar wachten’

Essay over diversiteit
NVTZ-werkgroep wil positieve ervaringen divers samengestelde rvt's verspreiden

De werkgroep Diversiteit van de NVTZ (Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in Zorg en Welzijn) streeft naar het versnellen van goedschikse verandering en is op zoek naar de gemeenschappelijke waarden van multicultureel toezicht. Het persoonlijke betoog van werkgroeplid Monica Haimé (links op de foto met haar dochter).

Op 28 augustus 1963 hield Martin Luther King in Washington zijn beroemde rede I have a dream tijdens de mars van de Amerikaanse burgerrechtenbeweging. De mars was bedoeld om de weg vrij te maken voor meer gelijkheid, vrijheid en arbeidsplaatsen voor de Afro-Amerikanen. Martin Luther King trok ten strijde om de belofte uit de verklaring van de rechten van de mens uit de Amerikaanse grondwet waargemaakt te krijgen. Die belofte was niet nagekomen en je kunt jezelf op de dag van vandaag afvragen in hoeverre die belofte nu wel is nagekomen.

Hand in hand

Ik zit in 1999 op een warme zomernamiddag op het strand van Bloemendaal en lees zijn rede voor de zoveelste keer weer aandachtig en vol bewondering door. Mijn dochter zit in de branding en bouwt een van haar geliefde druipzandkastelen waardoor ik nu al zeker weet dat zij straks een spoor van zand zal trekken door het huis. Ik lees:

‘Ik heb een droom dat op een dag de staat Alabama, waar de mond van de gouverneur op dit ogenblik vol is van woorden als interventie en nietigverklaring, omgevormd zal worden in een plaats waar kleine zwarte jongens en zwarte meisjes hand in hand kunnen gaan met kleine blanke jongens en blanke meisjes en samen kunnen lopen als broeders en zusters.’

Naaste familie

Ik kijk op en zie mijn dochter zitten, de ondergaande zon maakt van haar lange blonde haren een halo om haar hoofd. Ik ben een Surinaamse moeder en ik heb een blanke blonde dochter gekregen, een bere-pikin zoals men in Suriname zegt. Eentje die uit jouw eigen buik is geboren. Dit om het verschil aan te geven met andere kinderen die je ook als de jouwe mag beschouwen, maar die je niet zelf hebt gebaard. Ik heb een dochter die ik moest insmeren in de zon en die zulk glad haar heeft dat het lastig vlechten was. Martin Luther King was niet gek. Ik vermoed dat hij wel wist dat we op een dag niet alleen hand in hand zouden lopen, maar ook familie van elkaar zouden zijn. Zeer naaste familie, omdat veranderingen zich organisch voltrekken met een kracht waar wij met onze wil en verzet niet tegen op kunnen. Als hij dat op dat moment zou hebben gezegd, dan was het olie op het vuur geweest. Je moet soms voorzichtig zijn met de boodschap die je afgeeft.

Andere tijden

Martin Luther King zette zich in voor verandering en Mahatma Gandhi's theorie van geweldloosheid beschouwde hij als zijn strijdmotto: niet door haat en geweld, maar door liefde en vreedzame samenwerking wilde hij tot het geweten van de machthebbers spreken. Hij herinnerde hen nadrukkelijk aan de Amerikaanse grondwet, waarin staat dat iedereen bij geboorte gelijk is en daarom gelijke rechten heeft. Hij leefde in een tijd van de Ku Klux Klan, openbare rassendiscriminatie en bomaanslagen op zijn gezin en huis. Wij leven in een andere tijd en om met de van oorsprong Libanese dichter, filosoof en kunstenaar Kahlil Gibran te spreken: ‘We leven in onze eigen tijd en nooit, zelfs niet in onze stoutste dromen, zullen wij leven in de tijd van onze kinderen.’ Mijn blonde dochter leeft in een heel andere tijd.

Alle hens aan dek

Veranderingen voltrekken zich organisch, langzaam maar zeker, gestaag en onontkoombaar. Als je Gods water over Gods akker laat lopen, de dingen op hun beloop laat,  dan weet ik zeker dat over dertig jaar raden van toezicht in Nederland divers zijn van samenstelling. Waar zetten wij ons dan in essentie voor in?, is de vraag waarover wij, de vier leden van de werkgroep Diversiteit van de NVTZ, ons buigen.

Onze antwoorden:

  • ‘We gaan geen dertig jaar wachten.’
  • ‘Er zijn nu jongeren en mensen met een migratieachtergrond die ambities hebben om toezicht te houden. Er zijn old boys die we moeten koesteren, vrouwen van alle leeftijden en mensen met een fysieke beperking die willen en kunnen bijdragen, we willen echt alle hens aan dek.’  
  • ‘In de grote steden heeft de helft en soms meer dan de helft van de inwoners een migratieachtergrond, we lopen met onze raden van toezicht nu al achter de feiten aan (Trends in Nederland, CBS 2017).’
  • ‘De governancecode staat bol van maatschappelijke verantwoordelijkheid en maatschappelijke doelstellingen. Als raad van toezicht bouw je aan een betere samenleving. Die samenleving is divers en in het licht van de governancecode zou je dus juist voorop moeten lopen.’
  • ‘Diversiteit is verrijkend: je kijkt vanuit meerdere perspectieven, je beschikt over meerdere netwerken, informatiebronnen en andere waarden, je importeert de verandering die zich in de samenleving voltrekt naar jouw raad van toezicht.’
  • ‘Diversiteit nodigt uit tot nieuwsgierigheid en tot doorvragen. Het vanzelfsprekende, het gangbare, het “zo doen wij dat altijd” wordt doorbroken. Het vraagt om beter luisteren, beter overwegen, anders insteken, herijken.’
  • ‘Onderzoek heeft aangetoond dat groepen die divers van samenstelling zijn tot betere besluitvorming en betere resultaten komen (Samuel R. Somers, Tuft University).’

Angst voor verandering

Uiteraard is het ook zaak om te overwegen waarom je je niet zou inzetten voor meer diversiteit. Het gesprek waarbij deze argumenten over tafel gaan is enerzijds hilarisch en anderzijds deprimerend. Dan gaat het over angst voor veranderingen die zich al voltrekken, verlies van schijnzekerheden en schijnveiligheid, verzet tegen het onbekende, over freeze and flight-impulsen in een dialoog die niet meer van deze tijd is. Een deprimerende dialoog die uitsluitend serieus gevoerd kan worden wanneer je een slechte dag hebt of een reeks aaneengesloten slechte dagen. Dan verheerlijken we dat vroeger alles beter was, jongeren naar ouderen luisterden en buitenlanders in het buitenland woonden.

Moeiteloos van perspectief wisselen

Mijn dochter is nu 21. Ze is in Nederland geboren en al acht keer in Suriname geweest, één keer omdat ik haar kennis wilde laten maken met het andere deel van haar roots en zeven keer omdat zij heimwee had. Ze wisselt moeiteloos van perspectief en afkomst. Wanneer wij op Schiphol zijn en ze het gedoe en het gehannes aanschouwt met overvracht, handbagage en inchecken van de ‘Surinamers’, dan wordt ze opeens Nederlandse en vraagt ze zich af ‘waarom ze altijd zoveel meenemen en waarom ze zich zo slecht voorbereiden op hun reis’. Wanneer we landen in Suriname en de ‘Nederlanders’ zich puffend en mopperend over de trage van gang van zaken opwinden, dan vraagt ze zich af ‘waarom zij zich nooit kunnen ontspannen en altijd zo gestresst zijn. Ze looft de belastingen die ‘we’ in Nederland betalen waardoor het openbaar vervoer en de wegen zo fantastisch op orde zijn. Ze heeft, denk ik, een schijntje meebetaald vanwege haar bijbaantjes.

Waarden herkennen

Mijn dochter looft de verbondenheid van de familie in Suriname en is bij dat ‘we’ zoveel voor elkaar over hebben en dat ‘we’ zo goed voor onze ouderen zorgen en dat ‘we’ zo respectvol met ze omgaan. Ze krijgt altijd tranen in haar ogen bij die ene oudtante die nu dementerend is en door alle familieleden tegemoet getreden wordt met de eer die zij vanwege haar positie in de familie heeft. Het is familietraditie dat bij binnenkomst op het feestje je eerst naar haar gaat om te groeten,  alvorens de rest te begroeten. Waait mijn dochter met alle winden mee? Eet ze van verschillende walletjes? Zo kun je het zien. Het valt mij wel op dat er een zekere mate van selectiviteit is in haar wij/zij- redeneringen. Dat wat haar aanspreekt, wat voor haar van waarde is, voelt blijkbaar als een waarde van haarzelf en dan maakt het haar niet uit of het Nederlands of Surinaams is.

Emotie van de boodschap(per)

In de bijlage van de Volkskrant van afgelopen zaterdag 26 mei lees ik een artikel over het boek Dingen gedaan krijgen van de neurowetenschapper Tali Sharot, Israëlische van geboorte. Sharot heeft zich gespecialiseerd in de wijze waarop onze meningsvorming tot stand komt. Daarbij maakt ze gebruik van inzichten uit de psychologie, gedrags- en hersenwetenschappen. Ze bestudeert wat er in ons brein gebeurt bij informatie die ons aanspreekt en informatie die ons niet aanstaat. Met behulp van de MRI-scan heeft ze ontdekt dat de hersengebieden die betrokken zijn bij het inlevingsvermogen minder activiteit vertonen wanneer er informatie binnenkomt die niet strookt met onze overtuiging. Positief geformuleerd en vrij vertaald lees ik dat bij meningsvorming wat ons scheidt minder effect heeft dan wat ons bindt. We willen onze mening bevestigd zien, we willen positief beloond worden en we staan open voor nieuwe veelbelovende positieve perspectieven. We worden beïnvloed door de emotie van de boodschap en door de emoties die de boodschapper oproept.

Twee wolven

Ik begrijp nu nog beter waarom de boodschap van Martin Luther King zo aansloeg: we hebben allemaal kinderen. Sommigen hebben meer kinderen dan anderen zoals Surinaamse vrouwen die bere pikins en andere kinderen hebben. Grappige waarde: in de familie zijn alle kinderen onze kinderen, bemoeit iedereen zich met hen (Surinamers bemoeien zich sowieso meer met elkaar dan anderen) en willen we allemaal dat zij in een betere wereld opgroeien. Hand in hand hecht beter in het brein dan eenzaam en alleen. Dat het beter kan worden geeft meer activiteit in het brein dan dat het moeilijk of vervelend gaat worden. Het brein gaat zelfs op slot bij onheilstijdingen, we kijken dan niet verder dan onze neus lang is. Ik denk aan de manier waarop de zwartepietendiscussie in de media wordt gevoerd en mijn hart krimpt, waarschijnlijk mijn brein ook, als ik Tali Sharot mag geloven. Niemand wil dat zijn feestje wordt verpest en niemand wil dat zijn kind wordt buitengesloten. Dat bindt ons. Ik denk aan het ‘strijdmotto’ van Gandhi: niet door haat en geweld, maar door liefdevolle en vreedzame samenwerking bereik je meer. Ik denk aan de parabel van de Indiaanse grootvader: in ons schuilen twee wolven. De een is angstig, bang voor verlies, zoekt het conflict op en moet altijd vechten omdat hij bang is iets tekort te komen of iets te verliezen. De ander is gericht op erbij horen, samenwerken, samen delen, hij wil vriendschap, liefde, de handen in elkaar slaan en samen optrekken. De wolf die je het meeste voedt, die wint de innerlijke strijd.

Welke waarden werken verbindend?

We schuwen vanuit de werkgroep Diversiteit de innerlijke strijd niet en we willen geen quota’s en geen subsidies. Dat klinkt voor ons naar patriarchaal, naar zieligheid en ongelijkwaardigheid. Waar streven we wel naar? Veranderingen kunnen zich goedschiks en kwaadschiks voltrekken. We zetten in op goedschiks. Veranderingen kunnen vertraagd of versneld worden. We zetten in op versneld. En veranderingen gaan gemakkelijker wanneer we inzetten op dat wat ons bindt. Wat van waarde is, bindt en verenigt. We zijn op zoek naar raden van toezicht die er bewust voor kiezen om beter te worden door een jongere, iemand met een fysieke beperking of iemand met een kleurrijke achtergrond op te nemen in hun midden. We willen van hen horen wat hun ervaringen zijn en we willen positieve boodschappen verspreiden. Wat wij willen voeden, is gericht op het ontdekken welke waarden de multiculturele samenleving in zich draagt en wat in die waarden ons bindt. We zijn - om in de taal van mijn dochter te spreken - de amplifier van een verandering die al gaande is. En de kunst is nu om zuiver en positief te verwoorden welke waarden ons verbinden en welke waarden wij moeiteloos kunnen overnemen omdat het ons aanspreekt.

Dit essay is mede geschreven namens de andere leden van de werkgroep Diversiteit van de NVTZ: Abdelilah El Barzouhi, Roberto Mangre en Frank Seine.

Monica Haimé is directeur van Haimé Consult en partner Kwaliteitsinstituut CBO – TNO Company. Zij is gespecialiseerd in kwaliteitsmanagement, verandermanagement en conflicthantering in de zorg.  Na diverse staf- en managementfuncties bij de overheid en in ziekenhuizen is zij ruim twintig jaar extern adviseur voor instellingen in de Gezondheidszorg en kerndocente van de landelijke Opleiding Kwaliteitsfunctionarissen (OKF). Ze is daarnaast als docent verbonden aan de NVTZ. Ze is verder onder meer lid Raad van Toezicht van het Kennemer Gasthuis.

Klik hier voor meer informatie en contact met Monica Haimé.